Nooit meer maandagavond!

Foto: Ronald Westerbeek

Twee jaar Jupiler League maakt je nederig als supporter. Je verwacht niks van je club in de nacompetitie als nummer vijf van de eindstand. Zeker niet als je de laatste thuiswedstrijd van NAC tegen TOP Oss terughaalt in je herinnering.

De Brabantse laagvlieger jaagt NAC alle kanten op en speelt met de Bredase volksclub. Uit het niets vallen er vier doelpunten in een kwartier en een ruimschootse zege is alsnog een feit voor NAC. Een voetnoot in het voetbalseizoen maar wel eentje die alles zegt over de staat waarin NAC verkeert.

De toffe jongens uit Breda zijn ongrijpbaar: voor zichzelf, voor de technische staf maar ook voor de tegenstander. En onberekenbare tegenstanders zijn de gevaarlijkste weet trainer Ron de Groot van NEC als geen ander. Na de fortuinlijke thuiswinst in de eerste wedstrijd van de finale wordt alles en iedereen die NAC een warm hart toedraagt bloednerveus wakker op zondagochtend 28 mei. Voor de gelukkigen die een kaartje voor de wedstrijd van het jaar hebben weten te bemachtigen duurt het hemeltergend lang voor het 16.45u is. De rest staat al in de middag aan het bier in de volle zon op P5 naast het Rattenhol. Klinkt zo sneu denk ik als ik in de auto naar Nijmegen stap.

“En wat denk je ervan?”, vraag ik m’n maatje. Die kijkt me met een blik aan van, tsja, de bal is rond. Het geluk is wel zo’n beetje op na Hemelvaartsdag. Aan de andere kant heeft die gekke indiaan er de laatste weken wel een strijdbaar team van gemaakt. Het is ‘m gelukt het vreemdenlegioen te laten voelen wat promotie te weeg brengt voor de supporters. Dat zou zomaar eens ongekende krachten kunnen losweken in Nijmegen. Het is hopen op een wonder na een ongelooflijk wisselvallig en overwegend matig seizoen.

De hitte in de Goffert is amper te harden. Geen zuchtje wind in de Bloedkuul zoals de Nekkers het eigen stadion zo graag noemen. We zitten naast het uitvak in een sympathiek ogend familievak. Ok, ook hier wat echte fanatiekelingen maar dat mag. Aan alles proef je dat de mensen echte NEC-ers zijn die hart hebben voor hun club. Een echte voetbalclub dus in plaats van dat nepperige en poenerige gedoe een eindje verderop in Arnhem.

Het verloop van de wedstrijd is bizar. Het wonder geschiedt. NEC heeft geen plan B en verzandt in stroperige gevaarloze pogingen om NAC omver te kegelen. Het catenaccio van de troepen van Vreven werkt. NEC is geknakt. NAC gaat naar de eredivisie. We lopen via boze NEC-hooligans die zich voor het hoofdgebouw hebben verzameld naar de auto. We kunnen het nog niet geloven. Zijn kapot van de spanning. In de auto volgt de eerste oerkreet. Na twee jaar te zijn uitgelachen door alles en iedereen tellen we weer mee op het hoogste niveau. Nooit meer eerste divisie, nooit meer op een maandagavond in de vrieskou naar NAC – Helmond Sport. “Je hoeft toch niet te gaan? zegt mijn moeder. Zij kan maar niet begrijpen dat de hondstrouwe NAC-aanhang geen keuze heeft.

Hoe gelukkig de gemiddelde NAC-aanhanger is zie ik als ik P5 op fiets.  20.000 uitzinnigen weten van gekkigheid niet meer waar ze het hebben. Volgens mij ben ik de enige die nuchter ben als ik m’n eerste biertje bestel rond klok van 21u. En dan moeten de spelers nog komen. Na een uurtje besluit ik met nog wat NAC-diehards deze chaos in te ruilen voor de betrekkelijke rust in de Visserstraat. Ff bijkomen bij The Catch. Een uurtje verder gaat het ook hier helemaal los op de manier zowel wij dat graag zien. Ongeorganiseerd te midden van spelers, staf en NAC-prominenten zoals de Messi van Breda die later aangeeft geen idee meer te hebben hoe laat ie in z’n bed inrolde.

Op maandagmiddag 29 mei op een snikhete Grote Markt volgt de kers op de taart. De huldiging is een zooitje zonder enige structuur. Ach wat geeft het. Het is het feestje wat spelers en supporters met elkaar willen vieren. Op z’n NAC’s: zonder draaiboek, zonder opsmuk en gewoon met elkaar zoals het in Breda gewoon is. De NAC-aanhang laat zich door niemand dirigeren zeker niet na zo’n onverwacht succes. Volgend seizoen zien we wel weer verder. Nu genieten we samen van een geluksmoment dat zijn weerga niet kent. Nog een keer dan: shirt uit en zwaaien.

Edwin van den Heijkant beschouwt onder het pseudoniem ‘de kenner’ het wel en wee in Breda

Dossier: NAC Breda
Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen