Slechts 10 procent van de slachtoffers van identiteitsfraude doet hiervan aangifte bij de politie. Door het beperkte aantal aangiftes heeft de politie een slecht beeld van deze vorm van oplichting. In de periode 2008-2012 was bijna een op de twintig mensen van 16 jaar en ouder slachtoffer van identiteitsfraude.
Verkennend onderzoek
Dit blijkt uit een verkennend onderzoek van de Universiteit Leiden. Experts verwachten dat identiteitsfraude in de toekomst een steeds groter probleem wordt. Daarom pleiten de onderzoekers voor een betere samenwerking tussen met name overheid en bedrijfsleven.
Gemiddelde schade € 400,-
Op basis van een representatieve slachtofferenquête is vastgesteld dat in de periode 2008-2012 4,6 procent van de bevolking (van 16 jaar en ouder) slachtoffer is geworden van identiteitsfraude. Gemiddeld bedroeg de schade € 400 per persoon. De maatschappelijke schade voor banken en hun klanten is in de periode 2008-2012 naar schatting € 300 miljoen.
Landsgrenzen
Plegers van identiteitsfraude misbruiken andermans persoonsgegevens om financiële winst te behalen. Dit gebeurt bijvoorbeeld door het bemachtigen van iemands username en password, waarmee de fraudeurs geld overboeken in naam van het slachtoffer. Door de toenemende digitalisering van de maatschappij krijgen daders veel extra mogelijkheden om andermans persoonsgegevens buit te maken. Extra lastig element bij deze digitale criminaliteit is dat het zich niet beperkt tot de landsgrenzen. Criminelen hebben daardoor eenvoudig toegang tot miljoenen potentiële slachtoffers.
De manier van oplichten divers
De manier waarop identiteitsfraude wordt gepleegd is zeer uiteenlopend. Het varieert van ouderwets post hengelen tot veel complexe varianten. Hierin is er bijvoorbeeld een taakverdeling tussen hackers en tussenpersonen die op illegale online marktplaatsen de gestolen persoonsgegevens verhandelen. Ze zetten ook geldezels in die de winst uiteindelijk incasseren.
Bron foto: Hernán Piñera/Flickr.com, CC.
