Op 1 januari 2017 is de verzelfstandiging van het Breda’s Museum officieel een feit. Samen met het Museum of the Image (MOTI) gaat het Breda’s Museum op in de Stichting Stedelijk Museum Breda.
Het college van burgemeester en wethouders stemt daartoe in met een nieuwe beheerconstructie voor de museumcollectie Breda. De gemeente houdt, net als in de huidige situatie, de verantwoordelijkheid en juridische aansprakelijkheid voor adequate huisvesting en professioneel collectiebeheer. De Stichting Stedelijk Museum Breda draagt grotendeels zorg voor het operationele beheer. Tevens is op hoofdlijnen een voorstel voor huisvesting van de collecties uitgewerkt met het oog op de herbestemming van het pand aan De Parade eind 2017.
Marianne de Bie, wethouder Cultuur: “Uit een waardering van de collecties blijkt dat we in Breda over een waardevolle verzameling beschikken waar we met recht trots op mogen zijn en die als prachtige basis kan dienen voor de ‘collectie Breda’. Reden te meer om te kiezen voor een zorgvuldige, solide en veilige wijze van beheer en huisvesting van dit stedelijk erfgoed, zodat de collecties ook voor de toekomstige generaties beschikbaar blijven.”
Collectiewaardering en -beheer
In de afgelopen maanden is, in overleg met de collectie-eigenaren, gewerkt aan zorgvuldig en toekomstbestendig beleid en beheer van de museumcollecties. Uit het collectiewaarderingstraject dat daarvan onderdeel was, is gebleken dat de Bredase collecties rijk en gevarieerd zijn. De kwaliteit kan worden verbeterd door de collecties verder te digitaliseren, verschillende collecties bij elkaar te brengen en breder toegankelijk te maken voor het publiek. Bijvoorbeeld in tentoonstellingen, op pop up locaties in de stad en op andere toepasselijke plekken, zowel fysiek als online (dynamisch collectiebeheer).
De collectie-eigenaren hebben aangegeven zeer te hechten aan de relatie met de gemeente waar het gaat om zorgvuldig beheer en het tonen van de collectie. Om deze redenen is ervoor gekozen ook in de nieuwe situatie de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor de collectie te behouden. Het dagelijks collectiebeheer wordt belegd bij de Stichting Stedelijk Museum Breda. De collecties met historisch 2D-materiaal, zoals foto’s, papieren archieven, boeken e.d., worden volledig in beheer gegeven aan het Stadsarchief. De gemeente en collectie-eigenaren maken nieuwe afspraken over de gemeenschappelijke zorg voor de collectie.
Depotvoorziening
Tevens zijn verkenningen naar toekomstbestendige huisvesting van de collectie verricht. Het huidige depot van het Breda’s Museum aan De Parade moet 1 december 2017 ontruimd zijn, omdat het gebouw op de markt wordt gebracht. Daarnaast is een deel van de Bredase collectie ondergebracht aan de Slingerweg. Deze locatie is echter te klein en ongeschikt voor opslag van de meer gevoelige stukken die momenteel in De Parade zijn ondergebracht. Een alternatieve locatie is dan ook noodzakelijk. Uit onderzoek naar diverse scenario’s blijkt de ontwikkeling van een volledig nieuw stadsdepot de voorkeur te hebben, zowel kwalitatief als financieel. Belangrijke voordelen zijn het kunnen delen van faciliteiten, inhoudelijke samenwerking op de totale Bredase collectie en efficiënt gebouwbeheer. De realisatie van een nieuwbouwlocatie vergt echter tijd, waardoor een tijdelijke depotvoorziening nodig is voor de periode 2017 tot 2020. Een projectgroep met vertegenwoordiging vanuit de diverse belanghebbenden gaat zowel de tijdelijke als de definitieve depotvoorziening vanaf 2020 verder uitwerken.
In het voorlopig ondernemingsplan voor het nieuwe museum, gepresenteerd in maart van dit jaar, is reeds aangegeven dat voor het in kaart brengen van de consequenties voor depotvoorziening verder onderzoek nodig was. De collectie bevat een substantieel deel van het Bredase erfgoed waar geen risico’s mee genomen kunnen worden. Een solide en veilige depotvoorziening is dan ook een absolute voorwaarde. Het totaal aan kosten voor de tijdelijke depotvoorziening, digitalisering, het dynamisch collectiebeheer, verhuizing van de collectie en de planontwikkeling voor een definitieve locatie wordt geraamd op € 714.000. Met name de verhuizing van de omvangrijke collectie vraagt uiterste zorgvuldigheid voor wat betreft registratie, controle, verpakking en labeling zodat de stukken te allen tijde te traceren zijn.
