De eerste Bredase Raad van Kinderen bespreekt op op het stadhuis haar bevindingen over het thema armoede onder kinderen. Prinses Laurentien, initiatiefnemer van de Raad van Kinderen, begeleidt de dialoog.
Vorige maand werd officieel de pilot gestart in vijf gemeenten die allemaal met een eigen Raad van Kinderen onderzoeken hoe ze armoede onder kinderen in hun gemeente kunnen bestrijden. De Bredase Raad presenteert en bespreekt nu als eerste haar bevindingen met de gemeente.
“Ik ben supertrots op alle kinderen van de John F Kennedyschool die deze eerste Raad van Kinderen hebben gevormd”, zegt wethouder Miriam Haagh van Onderwijs. “Zij zijn vandaag aan zet en wij mogen luisteren. Het mes snijdt aan twee kanten. Wij leren van hen en zien gezichtspunten die we zelf als volwassenen nooit zouden ontdekken. En de kinderen raken tegelijkertijd warm betrokken bij maatschappelijke onderwerpen. Een prachtconcept waar we als gemeente graag mee doorgaan.”
Prinses Laurentien van Oranje, oprichter van de Missing Chapter Foundation, waar de Raad van Kinderen een programma van is, bevestigt de waarde van de Raad voor de gemeente. “Kinderen kunnen als geen ander grotere en bijzondere verbanden leggen tussen thema’s”, weet prinses Laurentien. “Door met elkaar de dialoog aan te gaan ontstaan nieuwe perspectieven en inzichten.”
Unieke kijk op armoede
Wethouder Marianne de Bie, verantwoordelijk voor het armoedebeleid van de Gemeente Breda is nieuwsgierig naar de uitkomsten van de Raad van Kinderen: “We hebben in Breda een goede gewoonte om niet alleen over mensen te praten, maar vooral ook met hen. Dat geldt ook voor ons armoedebeleid. Kinderen krijgen in hun eigen omgeving te maken met armoede. En hebben daardoor vaak ook een unieke blik op hoe dingen beter kunnen. Ontzettend waardevol dus dat we vandaag naar hun opgedane kennis en bevindingen mogen luisteren.”
Staatssecretaris Klijnsma steunt het project van harte en was vandaag ook aanwezig. Zij stelt sinds dit jaar structureel 100 miljoen euro extra beschikbaar voor het tegengaan van armoede onder kinderen. Dat geld moet worden gebruikt om ervoor te zorgen dat kinderen die het thuis niet breed hebben, mee kunnen doen met sport, met dans en muziek en op school. Klijnsma heeft met gemeenten afgesproken dat ze kinderen mee laten denken om te bepalen hoe het geld in hun gemeente het beste kan worden ingezet. “Een Raad van Kinderen kan daar enorm bij helpen. Een kind weet precies wat er nodig is om een samenleving te maken waarin iedereen, dus ook alle kinderen, mee kunnen doen.”
