Demissionair staatssecretaris van Defensie Barbara Visser onderkent dat er een probleem is met de manier waarop vrouwen die in opleiding zijn tot officier aan de Koninklijke Militaire Academie (KMA) in Breda worden behandeld.
Ze reageert daarmee op een afstudeeronderzoek van Irina Tziamali waarover NRC maandag berichtte, zo meldt het ANP. De cultuur is sterk gericht op mannelijkheid en er is weinig ruimte voor vrouwen, concludeerde zij.
Volgens Tziamali worden de cadetten op de academie beoordeeld op hun masculiniteit. Vrouwen kunnen daardoor volgens haar onmogelijk uitblinken. Bovendien voelen vrouwen zich niet altijd veilig op de academie en is er te weinig ruimte voor gesprek over dit onderwerp. Het gevolg is dat vrouwen zich er minder goed kunnen ontwikkelen dan de mannen en het gevoel van onderlinge solidariteit wordt ondermijnd.
“Bij Defensie moet iedereen zichzelf kunnen zijn”, zegt Visser in een reactie op het onderzoek. “We zitten op dit punt niet stil, maar zijn druk bezig om het vormingsconcept op de officiersopleidingen aan te passen. Die nieuwe aanpak is meer gericht op het jezelf kunnen, mogen en durven zijn.” De begeleiding van de cadetten wordt uitgebreid en er komen meer instructeurs. Ook wordt onderzoek gedaan naar de positie van vrouwen op de KMA, waarbij het onderzoek van Tziamali wordt betrokken. “We zijn dus volop bezig met een cultuurverandering, maar dat kost tijd.”
Visser heeft zich in het verleden vaker kritisch uitgelaten over de achtergestelde positie van vrouwen binnen de krijgsmacht. Volgens de meest recente cijfers is zo’n 15 procent van alle medewerkers van Defensie vrouw en 10 procent van de militairen. Visser heeft eerder gezegd te hopen dat dit 50 procent zal worden, maar ten opzichte van vijf jaar geleden is het aandeel van vrouwen nauwelijks toegenomen.
Overigens zijn vrouwen in officiersrangen iets beter vertegenwoordigd dan in lagere rangen, hoewel ook daar mannen in de overgrote meerderheid zijn. In de militaire top is dat echter niet terug te zien. Van de 88 functionarissen in een generaalsrang zijn er maar drie vrouw.